De start
Toen in 1956 de meisjeskweekschool in de Weverstraat werd opgeheven (vereniging tot instandhouding der Kweekschool voor onderwijzeressen) moesten volgens de statuten de baten, de opbrengst van de verkoop van het gebouw; ongeveer honderdduizend gulden, ten goede komen aan de Mij. tot Nut van ’t Algemeen te Amsterdam.
Artikel 2 van de statuten geeft het doel aan:
Het behartigen van de belangen van openbaar en algemeen bijzonder onderwijs in de gemeente Arnhem, in het bijzonder de voortgezette beroepsvorming van bij dit onderwijs betrokken docenten.
Een aantal mensen uit het voortgezet openbaar onderwijs heeft zich toen ingezet om een deel van de financiën voor onze stad te behouden.
Tot bestuursleden werden benoemd (de statuten spreken van regenten) de heer Dr. Joh.H. Wansink, onderdirecteur van de Lorentz-hbs (voorzitter); mej. drs. M.C. Corbeau, directrice van de hbs voor meisjes (secretaresse); de heer A. Prakken, notaris (penningmeester) en mej. G. Willems, directrice van de Arnhemse Buitenschool (algemeen plaatsvervangster).
De middelen werden ondergebracht in een fonds dat de naam kreeg van een oud-directeur van deze kweekschool die bekendheid verwierf als auteur van een serie boeken over pedagogiek: de heer L.C.T.Bigot. (1867-1951)
Het Bigot-fonds heeft dus als doel het behartigen van de belangen van het openbaar en algemeen bijzonder onderwijs en in het bijzonder het bevorderen van de voortgezette beroepsvorming.
Dit doel werd nagestreefd door jaarlijks subsidie te geven voor de aanschaf van pedagogische en didactische literatuur en incidenteel het geven van een bijdrage voor het bijwonen van conferenties.
Bij het 25 jarig bestaan van het Bigot-fonds werd, mede als eerbetoon voor de initiatiefnemer, mede-oprichter en eerste voorzitter dr.Joh.H.Wansink, een naar hem genoemde prijs ingesteld als aanmoediging voor verdere studie voor beginnende onderwijsgevenden die tijdens hun studie zich onderscheiden hadden door inzet en taakopvatting
Het Bigot-fonds
© 2024. Het Bigot-fonds. All rights reserved.